Een rustige dag, zo hadden we het gepland. We trokken vanuit Jackson langs de rechter lus door Teton nationaal park; aan een zacht tempo zodat we tussendoor van de vergezichten konden genieten via de stopplaatsen met zicht op de Tetons en de bizons in de verte.
Bij de snake river verklapte een Amerikaanse visser dat hij helemaal fan was van de autoracen in Spa. Gek toch dat Amerikanen België Uberhaupt weten liggen. Want wat weten wij te vertellen van Tennessee of Minnesota? Iemand? Een fijn moment wachtten we bij de vissers op vangst. Eigenlijk was het omgekeerd, we wandelden voorbij terwijl de man ons bleef aanspreken. Geen ontkomen aan. ‘Kijk dit is een forel die je alleen hier in Teton tegenkomt,’ en hij bleef met enthousiasme onze kennis over de plaatselijke fauna updaten. Zomaar, omdat hij vond dat wij dat hoorden te weten. En omdat mensen ontmoeten in Amerika nu eenmaal vanzelfsprekend is.
Bij het bezoekerscentrum een beloerde ik een gezin met veel kinderen die zich net inschreven als junior-rangers. De kinderen hadden met glans een aantal rangeropdrachten uitgevoerd en kregen daarvoor een officiële badge als bewijs. Iedereen moest de eed afleggen door met de hand opgestoken de woorden van de ranger te herhalen. Heel ernstig hoor allemaal. ‘Ik zweer dat ik overal waar ik kom de natuur zal respecteren, wat ik geleerd heb in Teton National park altijd zal onthouden en erover zal vertellen als ik thuis ben.’ Mooi toch?
In het noorden van Teton verwachtte Jackson lake ons met een open meer en keienstranden in tinten rood, paars, blauw, grijs. Verweerde wit getrokken boomstronken lagen als zitbanken om van de zon te genieten met het uitzicht op de haven. Langs het water picknickten we zo on-Amerikaans als maar kan. Af en toe spelen we op veilig. Frans stokbrood met Italiaans gerookt vlees, smeerkaas van de lachende koe en Nesquick chocomelk.
Via een klein schiereiland trokken we als dessert naar een rustig stuk aan het water trokken. Het weidse meer werd aan de ene kant omzoomd door de Teton bergen, met naaldbomen aan de andere kant. Zwemmen, de zon voelen, helemaal geen andere levende ziel rond ons, een zalig moment op een onbewoond eiland. Zo leek het.
We vielen een klein beetje stil bij deze natuur en gunden dat onszelf met plezier.
Bij de snake river verklapte een Amerikaanse visser dat hij helemaal fan was van de autoracen in Spa. Gek toch dat Amerikanen België Uberhaupt weten liggen. Want wat weten wij te vertellen van Tennessee of Minnesota? Iemand? Een fijn moment wachtten we bij de vissers op vangst. Eigenlijk was het omgekeerd, we wandelden voorbij terwijl de man ons bleef aanspreken. Geen ontkomen aan. ‘Kijk dit is een forel die je alleen hier in Teton tegenkomt,’ en hij bleef met enthousiasme onze kennis over de plaatselijke fauna updaten. Zomaar, omdat hij vond dat wij dat hoorden te weten. En omdat mensen ontmoeten in Amerika nu eenmaal vanzelfsprekend is.
Bij het bezoekerscentrum een beloerde ik een gezin met veel kinderen die zich net inschreven als junior-rangers. De kinderen hadden met glans een aantal rangeropdrachten uitgevoerd en kregen daarvoor een officiële badge als bewijs. Iedereen moest de eed afleggen door met de hand opgestoken de woorden van de ranger te herhalen. Heel ernstig hoor allemaal. ‘Ik zweer dat ik overal waar ik kom de natuur zal respecteren, wat ik geleerd heb in Teton National park altijd zal onthouden en erover zal vertellen als ik thuis ben.’ Mooi toch?
In het noorden van Teton verwachtte Jackson lake ons met een open meer en keienstranden in tinten rood, paars, blauw, grijs. Verweerde wit getrokken boomstronken lagen als zitbanken om van de zon te genieten met het uitzicht op de haven. Langs het water picknickten we zo on-Amerikaans als maar kan. Af en toe spelen we op veilig. Frans stokbrood met Italiaans gerookt vlees, smeerkaas van de lachende koe en Nesquick chocomelk.
Via een klein schiereiland trokken we als dessert naar een rustig stuk aan het water trokken. Het weidse meer werd aan de ene kant omzoomd door de Teton bergen, met naaldbomen aan de andere kant. Zwemmen, de zon voelen, helemaal geen andere levende ziel rond ons, een zalig moment op een onbewoond eiland. Zo leek het.
We vielen een klein beetje stil bij deze natuur en gunden dat onszelf met plezier.