Onderweg zijn is niet alleen sleuren met valiezen, veel te veel keer door de douane moeten, wachten en nog eens wachten.
We ontdekken ook een massa’s dingen.
Marjolein vb. belegde een broodje met smurfenkleur m&m’s, waardoor broodje en al heerlijk blauw uitsloeg. De smurfenburger is ongetwijfeld heerlijk, vanaf nu elke zondag op de ontbijttafel. Ewout proefde mee van mijn Sushi. In Brussels airport moeten ze de zalm daarvoor als het ware nog vangen voor ze die klaarmaken, dus dat was subliem. Maar de combi met een burger was niet zo goed gekozen. De Combi WE-ost is geen goed idee.
En tussen alle toeristen door liep warempel Sergio Herman. Het woord ‘God’ ontsnapte zowaar uit mijn mond.
Reykjavik was onze tussenhalte naar Seattle. Een heel trage luchthaven,. De mensen die eten opdienden leken last te hebben van een jetlag of zo. In elk geval, ze schepten mijn zalm met rijst zo sloom op dat het alweer koud was tegen de tijd dat ik er kon van eten. Nu ja, we zaten ook in IJsland, misschien is lauw daar het plaatselijke warm.
Bij de douane begon voor mij de pret. Ze hadden me net al uitvoerig bevraagd in welk landsdeel ik wel woonde, het Vlaamse of het Waalse. En of ik dan inderdaad meestal Nederlands sprak. (gesprekken bij de douane zijn doorgaans zeer boeiend). Maar daarna moesten we met z’n allen door de ticket controle en mijn naam stond toevallig op de lijst van Random check. Ik kwam terecht in een ruimte waar we moesten blijven wachten tot ze ons kwamen controleren. Toen de onderzoekers van dienst kwamen piepen met plastieken handschoenen aan zag ik de komende lichamelijke controle al helemaal voor me. Ik werd uitgebreid gefouilleerd en van de fototas waar ook Lucky Luke in zat, moesten al de risten open.
Het gekke aan de vlucht tussen IJsland en Reykjavik is, dat we vertrokken om 17u en toekwamen om 17u35, telkens plaatselijke tijd. Tegen 18u15 stonden we bij een taxi buiten. Werkelijk een record, om de valiezen op te pikken, door de douane te geraken en een stempel in ons paspoort te krijgen.
Onderweg naar onze flat kwam Seattle ons al heel gemoedelijk over: we zien een stuk of honderd van die gele schoolbussen, ontiegelijk veel pick-ups en een affiche met Mathilda. Ze draaien hier dus Roald Dahl, de eerste Europeaan die we tegenkwamen.
Terwijl we heel gezellig tafelden kunnen we ons vergapen aan het leven in Seattle. Iedereen is rustig onderweg, heeft tijd voor een praatje, er staan ook tafeltjes en stoeltjes voor dat gekeuvel midden op het voetpad. Marjolein wordt random aangesproken door een jongeman die haar (meest eenvoudige decatlhlon) turnpantoffels zo mooi vind. ‘God bless you’ voegt hij er nog aan toe. Misschien heeft zijn verwondering te maken met het contrast, we hebben hier publiek zien rondlopen waar Freddy Mercury in zijn meest excentrieke periode goed zou tussenpassen. .
De Afrikaanse mensen wandelen prachtig in tenue en spreken hier geen Frans. Nochtans spreken ze de taal wel, want de man in de kruidenierszaak verwelkomt ons in het Frans.
Vakantie: Het zit hem in het verwonderen om de verschillen. Terwijl ik dit schrijf heb ik uitzicht op Mount St. Helens. Aan de anderen kant zien we vanuit ons gebouw the Needle.
We ontdekken ook een massa’s dingen.
Marjolein vb. belegde een broodje met smurfenkleur m&m’s, waardoor broodje en al heerlijk blauw uitsloeg. De smurfenburger is ongetwijfeld heerlijk, vanaf nu elke zondag op de ontbijttafel. Ewout proefde mee van mijn Sushi. In Brussels airport moeten ze de zalm daarvoor als het ware nog vangen voor ze die klaarmaken, dus dat was subliem. Maar de combi met een burger was niet zo goed gekozen. De Combi WE-ost is geen goed idee.
En tussen alle toeristen door liep warempel Sergio Herman. Het woord ‘God’ ontsnapte zowaar uit mijn mond.
Reykjavik was onze tussenhalte naar Seattle. Een heel trage luchthaven,. De mensen die eten opdienden leken last te hebben van een jetlag of zo. In elk geval, ze schepten mijn zalm met rijst zo sloom op dat het alweer koud was tegen de tijd dat ik er kon van eten. Nu ja, we zaten ook in IJsland, misschien is lauw daar het plaatselijke warm.
Bij de douane begon voor mij de pret. Ze hadden me net al uitvoerig bevraagd in welk landsdeel ik wel woonde, het Vlaamse of het Waalse. En of ik dan inderdaad meestal Nederlands sprak. (gesprekken bij de douane zijn doorgaans zeer boeiend). Maar daarna moesten we met z’n allen door de ticket controle en mijn naam stond toevallig op de lijst van Random check. Ik kwam terecht in een ruimte waar we moesten blijven wachten tot ze ons kwamen controleren. Toen de onderzoekers van dienst kwamen piepen met plastieken handschoenen aan zag ik de komende lichamelijke controle al helemaal voor me. Ik werd uitgebreid gefouilleerd en van de fototas waar ook Lucky Luke in zat, moesten al de risten open.
Het gekke aan de vlucht tussen IJsland en Reykjavik is, dat we vertrokken om 17u en toekwamen om 17u35, telkens plaatselijke tijd. Tegen 18u15 stonden we bij een taxi buiten. Werkelijk een record, om de valiezen op te pikken, door de douane te geraken en een stempel in ons paspoort te krijgen.
Onderweg naar onze flat kwam Seattle ons al heel gemoedelijk over: we zien een stuk of honderd van die gele schoolbussen, ontiegelijk veel pick-ups en een affiche met Mathilda. Ze draaien hier dus Roald Dahl, de eerste Europeaan die we tegenkwamen.
Terwijl we heel gezellig tafelden kunnen we ons vergapen aan het leven in Seattle. Iedereen is rustig onderweg, heeft tijd voor een praatje, er staan ook tafeltjes en stoeltjes voor dat gekeuvel midden op het voetpad. Marjolein wordt random aangesproken door een jongeman die haar (meest eenvoudige decatlhlon) turnpantoffels zo mooi vind. ‘God bless you’ voegt hij er nog aan toe. Misschien heeft zijn verwondering te maken met het contrast, we hebben hier publiek zien rondlopen waar Freddy Mercury in zijn meest excentrieke periode goed zou tussenpassen. .
De Afrikaanse mensen wandelen prachtig in tenue en spreken hier geen Frans. Nochtans spreken ze de taal wel, want de man in de kruidenierszaak verwelkomt ons in het Frans.
Vakantie: Het zit hem in het verwonderen om de verschillen. Terwijl ik dit schrijf heb ik uitzicht op Mount St. Helens. Aan de anderen kant zien we vanuit ons gebouw the Needle.