Een dag waarin Wouter Deprez ons eindelijk gezelschap houdt en we doen alsof we op kamp zijn.
Doordat we heel laat toekwamen, ontdekten we ’s morgens pas dat we op een van de tofste plekken stonden van de camping. Helemaal aan de rand, met rond ons niets dan open veld, bos en bergen.
Een volle dag Rocky mountains kon van alles worden. Sportief met klimpartijen en uitdagende wandelingen, gevaarlijk op trajecten waar ook beren zitten of fotografisch langs sommige wandelpaden. Ik had me wel zoiets voorgesteld, maar het was veel te gezellig die ochtend ter plekke dat we bleven zitten om op het gemak koffie te slurpen en te zwaaien naar de cowboys die te paard tussen de naaldbomen hun ochtendwandeling deden. We zouden haast vergeten dat ook dat vakantie is : Niets dat haastig moet. We konden dus lepel voor lepel rustig profiteren van de laatste dag in de natuur.
We kuierden langs een meertje, gingen achterover liggen in het gras en hielden een restjes picknick in de verborgen vallei die me deed denken aan de film van Heidi in de bergen. En tussen onze korte tochten in hield Wouter Deprez ons gezelschap met de verhalen uit de jeugd van Carl Cneut. (bij deze even reclame maken voor ‘Slijk’)
Ruim voor de avond begonnen we aan de voorbereidingen van de special barbecue. Het leek in de verte een beetje op de laatste kampdag. Marjolein en Ewout verzamelden denappels en werden gepromoveerd tot vuurhaard experten. De groentjes werden gesneden en de maïs en aardappelen uit Ohia gepoft op de bbq. We maakten zelf onze originele burgers met alle geluk dat op een bord kon.
Het vuur bleef gloeien, en de verhalen groeiden terwijl de sterren ontwaakten en we tot in onze warme knieën beseften welke plek van de wereld we mochten ontdekken deze vakantie. Samen plooiden we onze herinneringen op om ze voor altijd overal mee te kunnen nemen.