Al ooit eens met een cremeke binnengekomen op het intensieve? Neen? Wel dat kunnen wij dan weer wel afstrepen van onze Bucket list.
Maandag vertrokken we met de frigobox naar Gent, we hadden al onze koelelementen verzameld om twee waterijsjes bevroren te houden.
Dat kwam zo. Opa vroeg al een paar weken naar allerlei om te eten, niet zozeer uit honger, maar meer uit trek. Hij geniet thuis ook erg van de vers geplukte appels van op het land en van de peren uit de tuin van schoonbroer, dus na een tijd mist een mens dat wel.
De verpleegkundige had danig empathie met opa dat er afgelopen zondag ganser conversaties over brood en gerechten door de kamer zweefden. (let wel : opa kan dus nog steeds niet babbelen, alles gaat via ja/neen vragen, liplezen, gezichtsmimiek en het ABC bord.)
Afgelopen zondag mocht hij dan eindelijk twee schepjes genieten van iets wat een soort yoghurt met grenadine moest zijn. En die proeverij was dan weer het gespreksonderwerp van de zondagavond aan de familietafel.
Zo kwam het dat wij op maandag met ijsjes op schok waren, omdat opa daar ook mocht van proeven en genieten. Het was iets bijzonders, echt.
Het valt op dat we tegenwoordig al die kleine dingen nog harder koesteren dan anders. Een beetje ter compensatie van alle dingen die gemist worden ongetwijfeld, er moet een evenwicht zijn. En ergens onderweg zullen we waarschijnlijk ook dat evenwicht vinden tussen niet te veel verlangen en genieten van het nu.
Dinsdag waren we dan rebels. Er was weer een ijsje mee met cola deze keer, maar hoewel ik heel erg aandachtig was of alles wel goed kon weggeslikt worden, kwam de verpleegkundige toch even gluren en wijzen dat een deel van de cola gewoon via de canule in het potje arriveerde.
We willen natuurlijk opa laten genieten van alle kleine dingen die mogelijk zijn, en als we dan even rebels en stiekem met koelelementen in de weer zijn, dan is dat maar zo.
Het zou zelf kunnen dat ze ons daar alsmaar beter in de gaten gaan houden. Laatst was Jongste zus in de weer met een lampje om opa’s oren te controleren omdat hij vertelde niet meer zo goed te horen. Vier verpleegkundigen stonden reikhalzend te zien aan het raam naar wat er in de kamer van Noël stond te gebeuren
Zeg nu zelf. Als iemand die amper kan bewegen, niet kan praten en verder geïsoleerd op een kamer ligt, ook nog eens niet hoort door een oorstop, dan schiet er op den duur niet veel over om mekaar ook te begrijpen. Er is in elk geval wel een vorm van communicatie bijgekomen. Via een lichtje aan de leesbril kan opa letters op het bord aanduiden. Dat is superveel handiger dan vragen naar een letter. Op dit moment heb ik de tool nog zelf niet kunnen zien, maar het lijkt wel een serieuze hulp te zijn bij gesprek.
Hoe de toekomst eruit ziet weten we nog niet zo goed. De longspecialist probeert opa nu drie keer per dag zelfstandig te laten ademen, (al lukt dat niet altijd even gemakkelijk) er is kine en ergo a volonté.
Na het intensieve zou hij toch nog even op een gewone kamer mogen liggen in Gent en daarna verhuist hij naar revalidatie. Maar ook dat is nog niet voor meteen.
We hebben intussen al begrepen dat we niet in Gent terecht mogen voor relvalidatie. Al beseffen we helemaal dat Gent een puike plek is. We vroegen het aan verschillende mensen, deden net geen knieval, maar kregen steeds te horen dat we in Oostende of Oostduinkerke terecht kunnen. Naar het schijnt ligt de locatie in Oostduinkerke wel vlak aan zee, en misschien is dat dan daardoor een meevaller. Wie weet kunnen we naderhand wel uitwaaien dan. Hupla, weer iets positiefs gevonden.
Maandag vertrokken we met de frigobox naar Gent, we hadden al onze koelelementen verzameld om twee waterijsjes bevroren te houden.
Dat kwam zo. Opa vroeg al een paar weken naar allerlei om te eten, niet zozeer uit honger, maar meer uit trek. Hij geniet thuis ook erg van de vers geplukte appels van op het land en van de peren uit de tuin van schoonbroer, dus na een tijd mist een mens dat wel.
De verpleegkundige had danig empathie met opa dat er afgelopen zondag ganser conversaties over brood en gerechten door de kamer zweefden. (let wel : opa kan dus nog steeds niet babbelen, alles gaat via ja/neen vragen, liplezen, gezichtsmimiek en het ABC bord.)
Afgelopen zondag mocht hij dan eindelijk twee schepjes genieten van iets wat een soort yoghurt met grenadine moest zijn. En die proeverij was dan weer het gespreksonderwerp van de zondagavond aan de familietafel.
Zo kwam het dat wij op maandag met ijsjes op schok waren, omdat opa daar ook mocht van proeven en genieten. Het was iets bijzonders, echt.
Het valt op dat we tegenwoordig al die kleine dingen nog harder koesteren dan anders. Een beetje ter compensatie van alle dingen die gemist worden ongetwijfeld, er moet een evenwicht zijn. En ergens onderweg zullen we waarschijnlijk ook dat evenwicht vinden tussen niet te veel verlangen en genieten van het nu.
Dinsdag waren we dan rebels. Er was weer een ijsje mee met cola deze keer, maar hoewel ik heel erg aandachtig was of alles wel goed kon weggeslikt worden, kwam de verpleegkundige toch even gluren en wijzen dat een deel van de cola gewoon via de canule in het potje arriveerde.
We willen natuurlijk opa laten genieten van alle kleine dingen die mogelijk zijn, en als we dan even rebels en stiekem met koelelementen in de weer zijn, dan is dat maar zo.
Het zou zelf kunnen dat ze ons daar alsmaar beter in de gaten gaan houden. Laatst was Jongste zus in de weer met een lampje om opa’s oren te controleren omdat hij vertelde niet meer zo goed te horen. Vier verpleegkundigen stonden reikhalzend te zien aan het raam naar wat er in de kamer van Noël stond te gebeuren
Zeg nu zelf. Als iemand die amper kan bewegen, niet kan praten en verder geïsoleerd op een kamer ligt, ook nog eens niet hoort door een oorstop, dan schiet er op den duur niet veel over om mekaar ook te begrijpen. Er is in elk geval wel een vorm van communicatie bijgekomen. Via een lichtje aan de leesbril kan opa letters op het bord aanduiden. Dat is superveel handiger dan vragen naar een letter. Op dit moment heb ik de tool nog zelf niet kunnen zien, maar het lijkt wel een serieuze hulp te zijn bij gesprek.
Hoe de toekomst eruit ziet weten we nog niet zo goed. De longspecialist probeert opa nu drie keer per dag zelfstandig te laten ademen, (al lukt dat niet altijd even gemakkelijk) er is kine en ergo a volonté.
Na het intensieve zou hij toch nog even op een gewone kamer mogen liggen in Gent en daarna verhuist hij naar revalidatie. Maar ook dat is nog niet voor meteen.
We hebben intussen al begrepen dat we niet in Gent terecht mogen voor relvalidatie. Al beseffen we helemaal dat Gent een puike plek is. We vroegen het aan verschillende mensen, deden net geen knieval, maar kregen steeds te horen dat we in Oostende of Oostduinkerke terecht kunnen. Naar het schijnt ligt de locatie in Oostduinkerke wel vlak aan zee, en misschien is dat dan daardoor een meevaller. Wie weet kunnen we naderhand wel uitwaaien dan. Hupla, weer iets positiefs gevonden.