Hopen en koesteren is de titel van deze verzameling blogs, maar misschien is koesteren alleen al genoeg. Uiteindelijk dachten we de afgelopen dagen ook aan al diegenen die we moesten loslaten, wiens voetstappen nog steeds zichtbaar zijn om dus te kunnen koesteren. Bewogen dagen, voor iedereen.
Ik merk dat zelfs als iemand er wel nog is, we dan ook moeten missen. Er zijn zoveel dingen die wegvallen of niet meer vanzelfsprekend zijn. Het blijft een uitdaging om gewoon het moment nu vast te houden en daar het beste in zien. Dat is soms gemakkelijk als het voor opa ineens vlotter begint te lukken met babbelen via het ABC bord, of als liplezen alsmaar beter begint te gaan.
Het werd al helemaal intens toen ik vorige week mijn vader ineens kon horen fluisteren. Na die elf weken kunnen zeggen : 'Ik ben blij dat ik je eindelijk eens hoor,' doet een mens iets.
Het antwoord: 'ik ben ook blij', zorgde voor de nodige ontroering.
Andersom, toen ik mijn hand boven die van mijn vader legde om zo te trachten zijn vingers naar binnen te duwen om een vuist te maken, gaf dat evenveel ontroering. Ik probeer er niet aan te denken dat die handen nog zo vaak en met zoveel genegenheid broodjes hebben gekneed, maar die gedachte borrelt toch boven. Empathie is ook een vies beest.
Dus we mogen koesteren en het is best moeilijk om te trachten niets meer te verwachten, want als we dat doen, krijgen we toch de spiegel voorgehouden. Het blijft dus balanceren tussen dankbaar zijn om wat er wel is en eigen emoties een plek geven zonder daarbij verbitterd te raken.
Het blijft ook puzzelen met de tijd en hopen dat we tussendoor niet over onze eigen voeten vallen. Ik heb alvast stevige warme stappers gekocht, misschien helpt dat wel.
Ik merk dat zelfs als iemand er wel nog is, we dan ook moeten missen. Er zijn zoveel dingen die wegvallen of niet meer vanzelfsprekend zijn. Het blijft een uitdaging om gewoon het moment nu vast te houden en daar het beste in zien. Dat is soms gemakkelijk als het voor opa ineens vlotter begint te lukken met babbelen via het ABC bord, of als liplezen alsmaar beter begint te gaan.
Het werd al helemaal intens toen ik vorige week mijn vader ineens kon horen fluisteren. Na die elf weken kunnen zeggen : 'Ik ben blij dat ik je eindelijk eens hoor,' doet een mens iets.
Het antwoord: 'ik ben ook blij', zorgde voor de nodige ontroering.
Andersom, toen ik mijn hand boven die van mijn vader legde om zo te trachten zijn vingers naar binnen te duwen om een vuist te maken, gaf dat evenveel ontroering. Ik probeer er niet aan te denken dat die handen nog zo vaak en met zoveel genegenheid broodjes hebben gekneed, maar die gedachte borrelt toch boven. Empathie is ook een vies beest.
Dus we mogen koesteren en het is best moeilijk om te trachten niets meer te verwachten, want als we dat doen, krijgen we toch de spiegel voorgehouden. Het blijft dus balanceren tussen dankbaar zijn om wat er wel is en eigen emoties een plek geven zonder daarbij verbitterd te raken.
Het blijft ook puzzelen met de tijd en hopen dat we tussendoor niet over onze eigen voeten vallen. Ik heb alvast stevige warme stappers gekocht, misschien helpt dat wel.